Welke ondersteuning biedt een logopedist bij het syndroom van Down?

De spraak- en taalontwikkeling bij kinderen met Downsyndroom verloopt vaak wat vertraagd en/of moeizaam. Om te praten moet je over heel wat vaardigheden beschikken. Denk aan: het horen en imiteren van geluiden, jezelf richten tot geluid, het aankijken van een spreker, het gebruiken en beheersen van de mondmotoriek en cognitieve vaardigheden.

Voordat kinderen gaan spreken is er al sprake van communicatie. Een belangrijke voorwaarde voor een goed lopende communicatie is het aangaan en vasthouden van contact. Daarnaast is het belangrijk dat er sprake is van beurtgedrag. Het is van groot belang hier al vroeg mee te beginnen. Uit onderzoek blijkt dat kinderen met het syndroom van Down dezelfde fases in de taalverwerving doorlopen als normaal ontwikkelde kinderen, alleen verloopt dit in de meeste gevallen wat vertraagd.

Alle kinderen willen communiceren, ook als ze wat later de taal tot hun beschikking hebben. Het is dus slim om daar wat extra middelen bij in te zetten, zodat je kind ook zonder gesproken taal kan zeggen wat hij wilt. Een logopedist geeft hier ondersteuning bij en kijkt wat de goede manier is om met jouw kind aan de slag te gaan.

Er zijn verschillende ondersteuningsmogelijkheden bij kinderen met het syndroom van Down om de mondmotoriek en de spraak- en taalontwikkeling te stimuleren.

Mondmotoriek
Veel kinderen met Downsyndroom hebben zwakke mondspieren en een trage mondmotoriek. De mond is veelal geopend en de tong ligt vaak laag in de mond. Een logopedist kan je kind een goed gebruik van de mondmotoriek aanleren zodat de spraak- en taalontwikkeling zo goed mogelijk verloopt. Oefeningen hiervoor kunnen zijn: het sluiten van de lippen, blaas- zuig- en mimiekoefeningen.

Praten met woorden 
Uiteraard werkt een logopedist ook aan het ontwikkelen, stimuleren en begrijpen van de gesproken taal. De taalontwikkeling begint eigenlijk al met oogcontact, imitatie en vooral het plezier om te communiceren. Als ouder kun je veel betekenen voor je kind: observeer je kind, volg je kind, pas je communicatie aan en voeg betekenisvolle taal toe. Een logopedist kan je hierbij begeleiden als dit niet vanzelf gaat.

Een volgende stap is het nabootsen van klanken. Met concreet spelmateriaal kun je klanken aan een voorwerp koppelen. Het is belangrijk om visueel te werken. Het visuele vermogen van kinderen met het syndroom van Down is beter ontwikkeld dan het gehoor. Om woorden uit te lokken en de woordenschat te vergroten is het van belang om ondersteunende communicatie (gebaren) of liedjes te gebruiken.

De uitspraak 
Vanwege de bouw van de mond, de tong en een vaak lagere spierspanning bij kinderen met het syndroom van Down sluit de mond soms niet goed en zit de tong af en toe in de weg. Ook is de aansturing van de spieren vanuit de hersenen is vaak lastig bij kinderen met het syndroom van Down. Dit alles kan problemen geven met het goed uitspreken van woorden. Door al vroeg de mondmotoriek te stimuleren en te versterken kan je kind woorden beter vormen en uitspreken. Een logopedist kan ook gebruik maken van klankgebaren en tactiele ondersteuning (aanrakingen) om de klank voelbaar of zichtbaar te maken voor het kind.



Wil je meer adviezen of informatie over oefeningen in de thuissituatie neem dan contact op met onze praktijk: 0314-362965 of info@logopediedoetinchem.nl